Balanstotaal Nederlandse banken met 4% gegroeid

In dit artikel:

Na een periode van daling nam het gezamenlijke balanstotaal van de dertien grootste Nederlandse banken opnieuw toe, met circa 4% in het afgelopen boekjaar. ING blijft veruit de grootste speler met een balanstotaal van ongeveer €1.021 miljard (+5%), gevolgd door Rabobank (€629 mrd) en ABN AMRO (€385 mrd). Samen bezitten deze drie grootbanken ongeveer 84% van de activa van de onderzochte banken; ING alleen heeft ruim 42% van het marktaandeel.

Publieke gespecialiseerde kredietverstrekkers BNG (+14%) en NWB (+8%) nemen de vierde en vijfde plaats in; zij richten zich vooral op gemeenten, woningcorporaties en zorginstellingen en bedienen geen particulieren. De bank op de zesde plek, ASN Bank (onder de Volksbank), staat op een totaal van circa €74 miljard (+1%) en is daarmee de vierde grootste consumentenbank. NN Bank en NIBC volgen met respectievelijk €26 en €23 miljard.

Opvallende mutaties onder de kleinere instellingen: Achmea Bank groeide sterk (+43%) naar ongeveer €20 miljard, vooral door een toename van uitstaande leningen, en klom daarmee boven Van Lanschot Kempen, Knab en Triodos (elk rond €17 miljard). Van Lanschot Kempen staat net iets hoger dan Triodos en completeert de top tien. Bunq noteert relatief de grootste stijging volgens de cijfers: een toename van 300% naar €8 miljard (ten opzichte van 2022; ten opzichte van vorig jaar staat er een groei van 14%).

Kortom: de Nederlandse bankensector blijft sterk geconcentreerd rond enkele grote spelers, terwijl een handvol kleinere banken snelle, maar relatief beperkte groei laat zien.