Remo Ruffini, de baas van Moncler

zondag, 28 december 2025 (16:48) - Het Financieele Dagblad

In dit artikel:

Remo Ruffini nam in 2003 het verzwakkende Italiaanse outdoormerk Moncler over en transformeerde het in twee decennia tot een van Europa’s meest winstgevende luxebedrijven. Waar Moncler bij aanvang worstelde met een jaaromzet van ongeveer 55 miljoen euro, realiseerde de groep in 2024 een omzet van circa 3,1 miljard euro. De iconische gewatteerde jas blijft het hart van het merk, ook al groeide het assortiment uit met geuren, zonnebrillen en zelfs hondenkleding.

Ruffini’s zakelijke instinct kreeg vorm aan het Comomeer, waar hij opgroeide in een textielfamilie. Zijn eerste kledinglijnen maakte hij al als scholier; later werkte hij korte tijd in New York en richtte op zijn 20e het merk New England op, dat Amerikaanse preppy-stijl combineerde met Italiaanse klasse. Na de verkoop van New England en een periode als modeconsultant keerde hij terug naar Moncler — een merk dat zijn glans had verloren door gebrek aan vernieuwing en concurrentie van zowel luxehuizen als sportmerken.

Zijn strategie beantwoordde zowel technische eisen van extreme weersomstandigheden als esthetische verlangens van de high-end modewereld. Ruffini investeerde eerst in productkwaliteit en positioneerde Moncler als luxueus én technisch betrouwbaar. Tegelijk gaf hij de kleding een sterk verhaal op de catwalk: spectaculaire shows in bergdorpjes en prestigieuze locaties (denk aan Courchevel, St. Moritz en het Lincoln Center) versterkten het imago van een merk dat zowel op de piste als op de catwalk thuishoort.

Een sleutelelement in Monclers heropleving is de creatieve durf. Ruffini huurde vroeg onder anderen Thom Browne in voor de mannenlijn Moncler Gamme Bleu en introduceerde in 2018 het Genius-platform: een voortdurend wisselend samenwerkingsproject waarbij designers en artiesten — van Haider Ackermann tot Pharrell en Jay‑Z, en recent Luke en Lucie Meier van Jil Sander — elk hun visie op Moncler leggen zonder het merk-DNA te verliezen. Die aanpak genereert constante media-aandacht en commercieel succes; volgens analisten van zakenbanken en retailexperts houdt die dynamiek de relevantie en winstgevendheid op peil.

Concurrentie uit het segment van hoogwaardige winterkleding is stevig — Canada Goose en Woolrich jagen op soortgelijke klanten — maar Moncler onderscheidt zich door de combinatie van productinnovatie, opvallende marketing en een gestage stroom aan samenwerkingen. De Genius-lijn werkte bovendien als een permanente buzzmachine die traditionele modeshows overschaduwt.

Ruffini geldt als een hands-on leider die creativiteit ruimte geeft maar tegelijkertijd strenge eisen aan kwaliteit en detailhandhaaft. Die persoonlijke stempel van de oprichter wordt door analisten zowel als kracht als risico gezien: luxemerken staan vaak of vallen met hun boegbeelden. De relatie met het Franse conglomeraat LVMH illustreert dat spanningsveld. Vorig jaar nam LVMH een belang van 10 procent in Double R, Ruffini’s investeringsvehikel; Bernard Arnault heeft inmiddels bestuurszetels bij Moncler en Double R. Tegelijk is afgesproken dat het belang van LVMH in Double R de komende drie jaar onder de 20 procent blijft, wat aangeeft dat Ruffini voorlopig de regie wil behouden.

Op persoonlijk vlak leven Ruffini en zijn vrouw Francesca — zelf ontwerper van For Restless Sleapers — in weelde: een superjacht, een privéjet en een volgens Forbes geschat vermogen van ongeveer 3,2 miljard euro. Hun zonen Pietro en Romeo worden genoemd als mogelijke opvolgers, maar moeten eerst hun waarde bewijzen; beiden werken momenteel als investeerders binnen Archive.

Commercieel is Moncler gepositioneerd in het hogere prijssegment: jassen variëren doorgaans tussen ongeveer 1.000 en 5.000 euro, met uitschieters naar boven. In marketing kiest het merk er bewust voor emotie en beleving voorop te zetten: recente campagnes met acteurs als Robert De Niro en Al Pacino benadrukken verbondenheid en de jas als symbool, eerder dan het prijskaartje.

Of Ruffini Moncler ooit loslaat, blijft ongewis. Zijn aanpak — geworteld in vakmanschap, showmanship en het voortdurend vernieuwen via samenwerkingen — heeft het merk decennialang relevant en lucratief gehouden. Die combinatie van creatief lef en strikte kwaliteitscontrole lijkt de sleutel te zijn achter het succesverhaal dat aan een keukentafel bij het Comomeer begon en wereldwijd terrein heeft gewonnen.