Trading Day: Amerikaanse werkloosheid werpt haar schaduw
In dit artikel:
Wall Street reageerde dinsdag (16 december) vooral nerveus: de meeste aandelenindices gaven terrein prijs, terwijl de Nasdaq juist winst noteerde. De dollar en Amerikaanse staatsrentes daalden nadat bleek dat de werkloosheid in de VS in november opliep naar 4,6% — het hoogste niveau in meer dan vier jaar — en daarmee aanwijzingen gaf dat de arbeidsmarkt afkoelt.
Economische implicaties: verzwakte arbeidsmarktcijfers geven voorzichtige beleidsmakers bij de Fed argumenten om ruimte te scheppen, maar tegenstanders kunnen betogen dat onduidelijkheid rond de data (onder meer door een shutdown en dataverzamelingsproblemen) reden is om niet overhaast te handelen. Handelaren rekenen nu grofweg op een volgende renteverlaging rond juni, afhankelijk van de richting van de werkloosheid de komende maanden.
Autosector en energie: de transitie naar elektrisch lijkt onder druk te staan. De Europese Commissie stelde voor het effectieve EU-verbod op nieuwe verbrandingsmotoren vanaf 2035 te schrappen, een stap die autofabrikanten ademruimte geeft. Tegelijk kondigde Ford een afboeking van 19,5 miljard dollar aan en schrapte meerdere EV-modellen, mede door zwakkere vraag en Amerikaanse beleidsprikkels. Een mogelijke politieke doorbraak in de oorlog tussen Rusland en Oekraïne liet defensieaandelen zakken en zorgde voor een scherpe val van de olieprijs (rond 3% omlaag), die op het laagste punt in vier jaar kwam — een neerwaartse impuls voor inflatie.
China: belofte zonder grote beleidssprong. Op de recente Central Economic Work Conference gaf Peking aan binnenlandse vraag in 2026 te willen stimuleren, maar de toezeggingen worden met scepsis ontvangen. Marktwaarnemers (onder meer Societe Generale en Barclays) verwachten geen zware fiscale stimulans; in plaats daarvan eerder “incrementele” maatregelen. De overheid lijkt vasthoudend aan een begrotingstekortdoel rond 4% van het bbp — hoog voor China, maar waarschijnlijk onvoldoende om de binnenlandse zwakte te keren. Het IMF raadde recent aan China circa 5% van het bbp te besteden om de vastgoedcrisis binnen drie jaar te bezweren.
De cijfers onderstrepen het probleem: binnenlandse consumptie en bedrijfsinvesteringen blijven teleurstellen — investeringen in vaste activa liggen tot nu toe 2,6% onder vorig jaar en detailhandelsverkopen vielen tegen — terwijl exporten sterk blijven. Dat externe succes resulteert in een handelsoverschot van meer dan 1 biljoen dollar en helpt de yuan te versterken, maar compenseert niet de risico’s van een aanhoudende binnenlandse zwakte.
Wat belangrijk blijft voor markten: het verloop van de Amerikaanse arbeidsmarkt, eventuele beleidskeuzes van de Fed, concrete fiscale stimulans in China en geopolitieke ontwikkelingen rond Oekraïne — elk kan snel marktverwachtingen en prijzen (rentes, olie, valuta’s, defensiezegels) bijstellen.